Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Inleiding

De gemeente beheert de openbare ruimte waarin veel activiteiten plaatsvinden. Wonen, werken en recreëren bijvoorbeeld. Voor die activiteiten zijn kapitaalgoederen als wegen, riolering, kunstwerken, groen, verlichting en gebouwen nodig. Zowel de kwaliteit van de kapitaalgoederen als het onderhoud ervan zijn bepalend voor het voorzieningenniveau en de jaarlijkse lasten.
Dit onderdeel van de begroting geeft aan voor welk ambitieniveau de gemeente heeft gekozen. Inclusief de financiële consequenties daarvan. Het door de raad gewenste onderhoudsniveau is van invloed op de lasten.
Het beleid op de kapitaalgoederen wordt vastgesteld met beleidsnota’s. Deze nota’s bieden de mogelijkheid om algemene beleidslijnen vast te stellen. Zowel voor inhoudelijke kaders (visie van de raad op de kwaliteit van de kapitaalgoederen) als voor procedurele kaders (afspraken tussen raad en college over besluitvorming en informatievoorziening).

Het gemeentelijk beleid voor het onderhoud van kapitaalgoederen is onder andere opgenomen in:

  • het 'Beheerplan Onderhoud vastgoed 2025-2028' (vastgesteld in 2025);
  • het 'Onderhoudsbeleid Vastgoed 2021-2030' (vastgesteld in 2021);
  • het 'Vastgoedbeleid 2021-2028' (vastgesteld in 2021);
  • het Accommodatiebeleid;
  • het 'Water- en rioleringsplan 2024-2028' (vastgesteld in 2024);
  • het 'Beleidsplan Onderhoud wegen 2015-2025' (vastgesteld in 2014) en het 'Onderhoudsplan Wegen 2021 t/m 2025' (vastgesteld in 2021);
  • het 'Beleidsplan Openbare Verlichting (vastgesteld in 2025) en het 'Onderhoudsplan Openbare Verlichting (vastgesteld in 2025);
  • het 'Beheerplan Onderhoud bruggen 2022-2026' (vastgesteld in 2021);
  • het 'Beheerplan Onderhoud binnenhaven 2022-2026' (vastgesteld in 2021);
  • het 'Groenbeleidsplan 2021-2025' (vastgesteld in 2021) en het 'Groenbeheerplan 2023-2026' (vastgesteld in 2024) en
  • het 'Uitvoeringsbeleid Speel- en sportruimte Sliedrecht' (vastgesteld in 2016).

Op basis van beheerplannen ramen we jaarlijks budgetten voor het onderhoud dat we in het begrotingsjaar moeten uitvoeren.  Dit doen we op basis van terugkerende inspecties. In 2026 bekijken we in hoeverre ook (open) data kan helpen planningen te vereenvoudigen. Het uitgangspunt is dat er voldoende wordt gereserveerd (stortingen in onderhoudsvoorzieningen) of dat er investeringsbesluiten genomen worden voor het uitvoeren van toekomstig onderhoud.

Hieronder gaan we verder in op de beleidsvelden openbaar groen en speelvoorzieningen, riolering, waterbeheer, wegen, bruggen, openbare verlichting, gebouwen, binnenhaven en reserveringen voor onderhoud.

Voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte heeft een rekenkameronderzoek plaatsgevonden welke in 2025 in de gemeenteraad is behandeld. Daarbij is door de gemeenteraad de aanbeveling overgenomen om met meetbare doelstellingen te gaan werken. Om hier invulling aan te geven hebben we per hoofdstuk aan de doelstellingen indicatoren en streefwaardes gekoppeld. 

Openbaar groen en speelvoorzieningen

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Openbaar groen en speelvoorzieningen

Groen
In 2026 starten we met het opstellen van het nieuwe Groenbeleidsplan. We besteden veel aandacht aan de thema’s biodiversiteit, klimaatadaptatie, leefbaarheid en nemen maatregelen om invasieve exoten te voorkomen en/of te beheersen. Het doel is om het groen zoveel mogelijk in te zetten met een functie, zoals het voorkomen van wateroverlast, het bevorderen van de biodiversiteit en ecologie en het leefbaar maken van de wijken door bijvoorbeeld het zorgen voor verkoeling en andere ecosysteemdiensten. De financiële middelen die nodig zijn voor het reguliere onderhoud zijn opgenomen in de exploitatiebegroting. 

Verder handhaven we de huidige bomenaantallen en waar het kan vergroten we deze. We streven naar het behoud van grote bomen en bij de nieuwe aanplant van bomen houden we rekening met de toekomstige klimatologische en natuurlijke omstandigheden. We zorgen voor veilige en gezonde bomen door onze zorgplicht na te leven en regelmatig, cyclisch onderhoud en beheer uit te voeren. 

Bij herinrichtings- en renovatiewerkzaamheden sturen we aan op een maximaal haalbare oppervlakte van functioneel groen. In 2026 wordt het bereiken van deze maximaal haalbare oppervlakte groen meegenomen bij de inrichting van projecten in de openbare ruimte en in het dagelijks reguliere onderhoud. We zijn scherp op een goede inpassing van groen in de grote ontwikkelingsprojecten, zoals Binnenstedelijke herstructurering en de diverse projecten in Sliedrecht-Noord en De Driehoek.
Verwijderen van groen gebeurt alleen wanneer dit écht niet anders kan. Op deze plekken komt altijd nieuw groen terug, waarbij we de kwaliteit verbeteren ten opzichte van de eerdere situatie .

Indicatoren
De biodiversiteit in de (ecologische) bermen kunnen we meten aan de hand van de tool nectarindex en gemonitord door jaarlijkse vegetatieopnames.
Daarnaast is het op peil houden van het aantal bomen een goede graadmeter voor een groen Sliedrecht. Het bomenbestand wordt bijgehouden op de bomenkaart en onderworpen aan boomveiligheidscontroles.

Indicator  Streefwaarde 2026 
 Biodiversiteit op basis van nectarindex  Hoger of gelijk aan 0-meting van 2025
Bomenbestand 10191 bomen of meer

Spelen
Het uitvoeringsbeleid speel- en sportruimte (2016) van de gemeente Sliedrecht is volledig gerealiseerd. De visie is hiermee concreet vormgegeven: inwoners van alle leeftijden kunnen in de openbare ruimte spelen, sporten, recreëren en elkaar ontmoeten.  De mogelijkheden voor spelen en sporten zijn hiermee stevig verankerd. De aankomende tijd zal naar aanleiding van het bezoek van Jantje Beton worden bekeken in hoeverre er meer speelplaatsen inclusief worden ingericht zodat deze voor een breder publiek toegankelijk zijn. Voor het beheer is een structureel budget beschikbaar. De voorzieningen worden onderhouden conform het warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS) en de normen NEN-EN 1176 en NEN-EN 1177 . Zo blijven de voorzieningen duurzaam, veilig, aantrekkelijk en toegankelijk.

Indicator
Voor speel- en sporttoestellen en speelondergronden dienen te voldoen aan de warenwet attractie en speeltoestellen (WAS) en de norm NEN-EN 1176 en 1177. Jaarlijkse vindt hierop inspectie plaats op ieder speel- en sporttoestel.

Indicator Streefwaarde 2026 

Percentage dat voldoet aan de WAS en NEN-EN 1176/1177

100%

 

Riolering

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Riolering

In het Water- en Rioleringsprogramma (WRP) 2024–2028 beschrijft de gemeente Sliedrecht hoe invulling wordt gegeven aan de wettelijke zorgplichten voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater (conform artikel 2.16 Omgevingswet). Daarnaast is in het programma aandacht voor klimaatadaptatie en het beheer van oppervlaktewater. Het WRP geeft richting aan wat we willen bereiken, wat we gaan doen en welke middelen daarvoor nodig zijn.

In 2026 geeft de gemeente verder invulling aan klimaatadaptatie door bij beheer- en herinrichtingsprojecten klimaatadaptieve maatregelen in het ontwerp en de uitvoering te integreren. De nadruk ligt op een groenblauwe inrichting van de buitenruimte, die zorgt voor verkoeling, meer biodiversiteit en extra waterberging. Klimaatadaptatie is daarmee een vast onderdeel van het dagelijks beheer, waarvoor binnen het WRP structureel budget is gereserveerd.

Voor planmatig onderhoud is inzicht nodig in de technische en hydraulische staat van de riolering. Jaarlijks wordt daarom 16 km riool gereinigd en geïnspecteerd, zodat het volledige stelsel elke tien jaar volledig in beeld is en schoon blijft.
Daarnaast worden alle kolken die aangesloten zijn op de riolering twee keer per jaar gereinigd en geïnspecteerd. Deze beheer- en onderhoudsmaatregelen waarborgen de continuïteit van het rioolstelsel en verkleinen het risico op calamiteiten. 

De komende jaren richt de gemeente zich op onderzoek, planmatig onderhoud en de vervanging of renovatie van verouderde rioleringsdelen. Voor 2026 staan de volgende projecten in voorbereiding of uitvoering gepland:
•    Leeghwaterstraat / Beijerinckstraat;
•    Jacob Catsstraat-zuid en omgeving;
•    Vogelbuurt (gefaseerd);
•    Baaneweer, Koningsweer en Locksweer;
•    Gantelweg-oost;
•    P.A. de Genestetstraat;
•    Professorenbuurt-oost;
•    Van Goghstraat en
•    De Hoven.

De kosten voor rioolvervangingen worden gedekt uit de beschikbare investeringskredieten. Regulier onderhoud wordt bekostigd vanuit het jaarlijkse exploitatiebudget voor riolering.

Indicator
Het reinigen en inspecteren is een belangrijke basis voor het tijdig bepalen en uitvoeren van maatregelen en daarmee het waarborgen van de technische en hydraulische staat.
De hoeveelheid gereinigde en geïnspecteerde riolering gebruiken we daarom als indicator. 

Indicator Streefwaarde 2026
Percentage gereinigde en geïnspecteerde riolering 10% (16km)

 

Waterbeheer

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Waterbeheer

Sinds 2015 is circa 75% van de binnenstedelijke A-watergangen en de daarbij behorende duikers overgedragen aan Waterschap Rivierenland. De gemeente Sliedrecht voert het onderhoud uit van deze overgedragen assets en ontvangt hiervoor jaarlijks een financiële vergoeding van het waterschap. Daarnaast is de gemeente verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de overige, gemeentelijke B- en C-watergangen en de bijbehorende kunstwerken, zoals duikers. Watergangen en assets (zoals beschoeiingen) die in eigendom zijn van derden vallen buiten de gemeentelijke verantwoordelijkheid.

Het onderhoud van het stedelijk watersysteem richt zich voornamelijk op het waarborgen van voldoende waterbergingscapaciteit en een goede afvoer van hemelwater. Belangrijke onderhoudsmaatregelen zijn het krozen, schonen en periodiek baggeren van watergangen, waarmee wordt voldaan aan de geldende wet- en regelgeving. Daarnaast worden alle duikers eens per tien jaar geïnspecteerd, zodat tijdig onderhoud en vervanging planmatig kan worden aangepakt.

Voor het baggerbeheer hanteert de gemeente een meerjarige onderhoudscyclus. In 2026 wordt het "Onderhoudsplan: Meerjaren Onderhoudswerkzaamheden Baggeren 2026–2030" ter vaststelling aan de raad aangeboden. Op basis van slibmetingen en bemonsteringen wordt vastgesteld of de watergangen nog voldoen aan de vereiste minimale waterdiepte. Indien dit niet het geval is, worden in de winter van 2027–2028 in samenwerking met Waterschap Rivierenland de benodigde baggerwerkzaamheden uitgevoerd.

De kosten voor klein onderhoud worden bekostigd vanuit het jaarlijkse beschikbare exploitatiebudget voor watergangen, vijvers en sloten.

Indicator
Voor optimale doorstroming en waterberging  is het van belang dat de watergangen voldoen aan de vereiste waterdiepte. De doelstelling is dat in 2028 alle watergangen hieraan voldoen.

Indicator Streefwaarde 2028
Percentage watergangen dat voldoet aan de vereiste diepte 100%

 

Wegen

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Wegen

Als uitgangspunt houden we het vastgestelde Beleidsplan Onderhoud Wegen 2015-2025 aan tot het nieuwe plan is vastgesteld. 

De belangrijkste uitgangspunten zijn:

  • Het voorkomen van kapitaalsvernietiging.
  • Het voorkomen van te grote hoogteverschillen met betrekking tot toegankelijkheidseisen.
  • Het voorkomen van schadebeelden waarbij het risico van schadeclaims van toepassing is.

Als beeldkwaliteitsniveau is niveau B (CROW) vastgesteld. Wanneer onderhoudskwaliteit lager uitkomt op beeldkwaliteit C en D, worden prioriteiten gesteld op basis van een maatregeltoets (risicogestuurd onderhoud).

Als verdere uitgangspunt houden we het in 2021 vastgestelde Onderhoudsplan Wegen 2021 t/m 2025 aan tot het nieuwe plan is vastgesteld. In dat plan zijn het onderhoudsniveau, de kosten en de planning opgenomen. Het onderhoud aan elementenverharding en asfalt loopt zoveel mogelijk via onderhoudscontracten die meerjarig aanbesteed zijn. De kosten hiervoor worden gedekt vanuit het reguliere onderhoudsbudget voor wegen. Daarnaast beschikken we over een onderhoudsvoorziening voor groot onderhoud wegen.

Voor de herinrichting en vervanging van wegen zijn investeringskredieten beschikbaar. In 2026 staan de volgende projecten in voorbereiding of uitvoering gepland:

  • Jacob Catsstraat-Zuid en omgeving
  • Gefaseerd uitvoeren Vogelbuurt-Noord / Zuid
  • Leegwaterstraat
  • Parallelweg langs Nijverwaard
  • P.A. de Genestetstraat-oost
  • Baaneweer, Koningsweer en Locksweer
  • Professorenbuurt

Indicator
Om te bepalen of we onze doelstellingen bereiken, voeren we jaarlijks een weginspectie uit. Buiten de reguliere jaarlijkse weginspectie, worden eens in de 10 jaar de funderingen van asfaltwegen technisch geïnspecteerd. 
Het percentage dat voldoet aan beeldkwaliteitsniveau B zetten we in als indicator. In 2025 voldeed 75% van het areaal aan B of hoger en we streven ernaar om het gelijk te trekken naar de waarde uit 2021 van 78%.

Indicator Streefwaarde 2026
 Percentage wegen met beeldkwaliteitsniveau B of hoger  78%

 

Bruggen

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Bruggen

Eind 2021 heeft de gemeenteraad het beheer - en onderhoudsplan 2022-2026 voor het vervangen en onderhouden van het bruggenareaal binnen de gemeente vastgesteld. 
In dit plan wordt als kader voor de staat van de bruggen onderhoudsniveau 3 (redelijk) gehanteerd.

In het plan is opgenomen wat de te verwachten kosten zijn en de daarbij behorende planning ten aanzien van het onderhoudsniveau. We maken hierbij onderscheid tussen klein onderhoud, groot onderhoud en vervanging. Het klein jaarlijks onderhoud betreft voornamelijk werkzaamheden van beperkte omvang. De kosten hiervan komen ten laste van het jaarlijkse exploitatiebudget.

Het groot onderhoud vindt planmatig plaats en is gericht op het tijdig structureel verbeteren van de brug om de beoogde levensduur te behalen. Voor de dekking van de kosten van groot onderhoud beschikken we over een voorziening onderhoud bruggen. Aan het einde van de levensduur vindt vervanging van de gehele brug plaats.
Voor 2026 staat er groot onderhoud op de planning welke geconcretiseerd wordt op basis van inspectieresultaten.

In 2026 wordt een nieuw beheer- en onderhoudsplan opgesteld en ter vaststelling aan de gemeenteraad aangeboden. 

Indicator
Om te bepalen of we onze doelstellingen bereiken, voeren we 1 keer in de 5 jaar een inspectie uit volgens de NEN2767 en de CUR117. Verder voeren we jaarlijks een visuele inspectie uit om zichtbare gebreken, die de veiligheid van een brug in gevaar kunnen brengen, in kaart te brengen. We streven daarbij naar onderhoudsniveau 3 (redelijk). 

Indicator Streefwaarde 2026
Percentage bruggen met onderhoudsniveau 3 of hoger 100%

 

Openbare verlichting

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Openbare verlichting

Het beheer en onderhoud van de openbare verlichting hebben we ondergebracht bij de gemeente Dordrecht. In samenwerking zijn in 2025 uitgangspunten voor het beleid onderhoud openbare verlichting aangeboden aan de raad en vastgesteld. 
Onze ambities dragen bij aan de ruimtelijke kwaliteit, duurzaamheid, sociale en verkeersveiligheid, een levendig centrum en de financiën.

Als uitgangspunt van de kwaliteit en veiligheid wordt de Nederlandse Praktijkrichtlijn (NPR) aangehouden.

De vervangingswerkzaamheden worden jaarlijks ingepland en integraal afgestemd op projecten in de openbare ruimte. In 2027 en 2028 worden de verlichtingsarmaturen versneld door led vervangen en hiertoe starten we in 2026 met de voorbereiding.

De onderhoudskosten voor het in stand houden van de openbare verlichting worden gedekt uit het exploitatiebudget. Daarnaast beschikken we voor het vervangen van lichtmasten en verlichtingsarmaturen over investeringskredieten.

Specifiek worden in 2026 ook onderstaande maatregelen uitgevoerd:
-    Slimme verlichting op voetpaden naar een drietal hondenuitlaatvoorzieningen.
-    Evenredige verlichting op de doorfietsroute Tiendweg.

Indicatoren
Als indicatoren passen we (1) de hoeveelheid verlichtingsarmaturen die in led uitgevoerd zijn toe en (2) het aantal wegvakken dat voldoet aan de NPR (richtlijn). De opgenomen streefwaarden zijn conform de doelstellingen uit het beleid.
Om te bepalen of we onze doelstellingen bereiken, is inspectie van de armaturen 1 keer per 4 jaar nodig in het kader van een goede, veilige en elektrische bedrijfsvoering. Schoonmaak van de armaturen is eveneens per 4 jaar nodig, om de lichtkwaliteit en daarmee de NPR-richtlijn te waarborgen (Nederlandse Praktijk Richtlijn). 

Indicator Streefwaarde 2026
Hoeveelheid ledarmaturen in de gemeente 73,3%
Wegvakken die voldoen aan de NPR (richtlijn) 71,4%

 

Gebouwen

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Gebouwen

We beheren onze gebouwen vanuit het Vastgoedbeleid 2021-2028, het Onderhoudsbeleid Vastgoed 2021-2030 en het Beheerplan Onderhoud Vastgoed. Deze beleidsdocumenten zijn in 2021 door de gemeenteraad vastgesteld. Het Beheerplan Onderhoud Vastgoed is in 2025 vernieuwd en opnieuw vastgesteld.

Het Vastgoedbeleid 2021-2028 biedt inzicht in de totale vastgoedportefeuille en de organisatie van het vastgoedbeheer. Daarnaast fungeert het beleid als afwegingskader voor het behoud dan wel de afstoting van vastgoedobjecten.

In 2025 is het geactualiseerde Beheerplan Onderhoud Vastgoed vastgesteld voor de periode 2025-2028. Dit plan vormt de basis voor de onderbouwing van de onderhoudsbudgetten van de gemeentelijke gebouwen en geeft inzicht in de (bouw)technische staat van het vastgoed. 

Vanaf 2025 voeren wij jaarlijks inspecties uit om te controleren of het geplande onderhoud daadwerkelijk is uitgevoerd. Hiermee versterken wij de grip op het onderhoudsproces en zorgen wij voor een duurzame instandhouding van ons gemeentelijk vastgoed. Daarnaast wordt er een inhaalslag gemaakt om achterstanden in het onderhoud weg te werken. Tevens zullen wij werken met het nieuwe MJOP, dat richtinggevend zal zijn voor de aanpak en financiering van toekomstig onderhoud.




Binnenhaven

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Binnenhaven

In 2021 is het beheerplan Onderhoudsplan Binnenhaven 2022–2026 vastgesteld. Dit plan geeft inzicht in het gewenste onderhoudsniveau, de verwachte kosten en de bijbehorende onderhoudsplanning voor het op diepte houden van de gemeentelijke binnenhaven.

Het onderhoudsregime dat wordt toegepast bestaat uit:
•    Vijfjaarlijkse dieptepeilingen om de aanwas van slib en eventuele knelpunten tijdig te signaleren.
•    Indien nodig worden eens per tien jaar baggerwerkzaamheden uitgevoerd op plekken waar de vereiste waterdiepte onvoldoende is.

In 2024 is de meest recente dieptepeiling uitgevoerd. Hieruit bleek dat de haven nog voldoet aan de minimaal vereiste waterdiepte (-4,00m NAP). Er is daarom besloten om op dit moment geen baggerwerkzaamheden uit te voeren, om onnodige kosten te voorkomen. Bemonstering op vervuilingsgraad (zoals PFAS) van de bodem van de haven (baggerspecie) vindt plaats op het moment dat er daadwerkelijk tot baggeren wordt overgegaan.

Aan het eind van 2026 loopt het huidige beheer- en onderhoudsplan af. Aansluitend wordt gestart met de opstelling van het Onderhoudsplan Binnenhaven 2027–2031. Op basis van een evaluatie van de huidige planperiode (2022–2026) wordt het nieuwe onderhoudsplan opgesteld en waar nodig bijgesteld.

Voor de dekking van de kosten van dieptepeilingen en baggerwerkzaamheden is een voorziening Onderhoud Haven beschikbaar. De kosten voor klein onderhoud worden gedekt uit het jaarlijkse exploitatiebudget.

Indicator
De vaardiepte wordt ingezet als indicator voor het  onderhoud van de binnenhaven.  Monitoring daarvan gebeurt door middel van vijfjaarlijkse dieptepeilingen waarbij de streefwaarde op -4 meter ten opzichte van NAP ligt.

Indicator Streefwaarde 2026
Bodemdiepte ten opzichte van NAP - 4,0 meter

 

Aanlegsteiger waterbus

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen - Aanlegsteiger waterbus

De benodigde financiële middelen t.b.v. de upgrade qua uitstraling en het benodigde onderhoud zijn opgenomen in de begroting. De uitvoering hiervan is afhankelijk van de  besluitvorming door de provincie over de toekomst van de  waterbus. Inmiddels heeft besluitvorming plaatsgevonden en is lijn 23 uit de dienstregeling verwijderd waardoor de middelen voor upgrade en onderhoud wellicht anders bestemd worden.