Voor u ligt de Programmabegroting 2026 van de gemeente Sliedrecht. Deze begroting is opgesteld op basis van de door de gemeenteraad vastgestelde Kadernota. Het is de vertaling van ambities en prioriteiten naar concrete middelen en maatregelen. Daarmee vormt deze begroting niet alleen een financieel document, maar ook een koersbepaling voor de toekomst van Sliedrecht.
2026 wordt een bijzonder jaar. In maart vinden de gemeenteraadsverkiezingen plaats. Dat betekent dat we met deze begroting werken in de afronding van de huidige bestuursperiode, én de basis leggen waarmee de nieuwe gemeenteraad en het nieuw te vormen college mee aan de slag kunnen. Deze dubbele dynamiek vraagt om een zorgvuldig evenwicht: enerzijds de uitvoering van bestaande afspraken en lopende projecten, anderzijds ruimte houden voor de keuzes en accenten die een nieuwe raad en een nieuw college zullen willen zetten. Transparantie en realisme in de financiële onderbouwing zijn daarbij onmisbaar voor een goede start van een nieuwe bestuursperiode.
De financiële positie van de gemeente staat onder druk, zoals in de Kadernota reeds zichtbaar werd. Kosten in het sociaal domein, de noodzakelijke investeringen in onze leefomgeving en onzekerheden in de rijksbijdragen vragen om scherpe keuzes. De actuele mondiale ontwikkelingen vormen een groeiend risico voor onze samenleving en vragen om alertheid en veerkracht. Ook krijgen gemeenten in 2026 te maken met het ‘ravijnjaar’: minder geld van het Rijk. Daardoor hebben wij bij de Kadernota keuzes moeten maken. Een deel hebben we kunnen oplossen zonder dat inwoners dit merken, maar sommige maatregelen zullen wél voelbaar zijn.
Ons uitgangspunt blijft een sluitende en realistische begroting, waarin tekorten en risico’s helder zichtbaar zijn. Alleen zo kunnen we samen werken aan duurzame oplossingen en voorkomen dat lasten worden doorgeschoven naar toekomstige generaties.
Tegelijkertijd biedt deze begroting ruimte om te investeren in wat voor onze inwoners van groot belang is: voldoende betaalbare woningen, een veilige en inclusieve samenleving, een vitale economie en een aantrekkelijk centrum, goede voorzieningen voor sport, onderwijs en cultuur, en een toekomstbestendige ruimtelijke inrichting. Ook duurzaamheid, mobiliteit en de energietransitie blijven leidende thema’s voor de komende jaren. Deze ambities vragen samenwerking – met onze inwoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties, regionale partners en de ambtelijke organisatie. Doordat de werkzaamheden voor de komende tijd nauwkeurig in beeld zijn gebracht zijn we vol vertrouwen deze uitdagingen aan te kunnen.
De Programmabegroting 2026 is daarmee zowel een financieel kompas als een inhoudelijke agenda. Zij laat zien hoe wij, ondanks financiële krapte, blijven investeren in de kracht van Sliedrecht en de verbondenheid van onze gemeenschap. Tegelijkertijd markeert zij het startpunt voor een nieuwe politieke periode, waarin de inwoners van Sliedrecht opnieuw hun stem laten horen en de koers van ons dorp mede bepalen.
Met deze begroting zetten wij de lijn van de Kadernota voort en leggen we de basis voor een solide en toekomstgericht Sliedrecht.
Algemeen
De programmabegroting 2026 op hoofdlijnen
Terug naar navigatie - Algemeen - De programmabegroting 2026 op hoofdlijnenHet verloop van het financieel meerjarenperspectief vanaf de Kadernota 2026 tot de primaire begroting 2026 laat voor het jaar 2026 en voor de jaren 2027-2029 het volgende beeld zien:
De Begroting 2026 laat voor het jaar 2026 en voor de jaren 2027-2029 structureel een positief beeld zien.
Onderstaand volgt een korte toelichting op het verloopoverzicht waarbij de (extra) mutaties ten opzichte van de Kadernota 2026 in deze begroting worden toegelicht:
1. Integraal Huisvestingsplan Onderwijs
In de kadernota 2026 was rekening gehouden met een bedrag van € 404.000 aan kapitaallasten voor de Johannes Calvijnschool en CBS Oranje-Nassau. Vanwege een wijziging in het aantal m2 worden de kapitaallasten € 56.000 hoger.
2. Meicirculaire 2025
Op 7 juli jl. verscheen de CIB Voorlopige financiële vertaling meicirculaire 2025. De definitieve verwerking van de Meicirculaire levert een kleiner voordeel op dan in de CIB is gepresenteerd. Het volume- en prijsaccres bleek na nadere toetsing lager uit te vallen. Na verwerking van de Meicirculaire 2025 resteren er twee taakstellingen ten aanzien van de algemene uitkering, namelijk: € 450.000 (vanaf 2026) in relatie tot het BCF en € 200.000 (vanaf 2029) in relatie tot de maatstaven.
3. Beschermd wonen en opvang
Als centrumgemeente krijgt gemeente Dordrecht financiering van het Rijk voor het uitvoeren van het beleid omtrent Beschermd Wonen en Opvang. Op het moment van opstellen van de kadernota 2026 was het beeld dat er jaarlijks een overschot zou zijn op Beschermd Wonen en Opvang. Eén van de maatregelen Ravijnjaar met maatschappelijke impact was om deze overschotten ook daadwerkelijk te gaan begroten. Op dit moment is het echter uiterst onzeker of centrumgemeente Dordrecht de overschotten nog blijft verdelen over de deelnemende gemeenten. Het ziet ernaar uit dat er op basis van een nog op te stellen investeringsprogramma aanspraak gemaakt kan worden op de beschikbare middelen bij centrumgemeente Dordrecht. Hiermee wordt gestimuleerd dat de beschikbare gelden gebruikt worden waarvoor ze bedoeld zijn. Vanwege de grote onzekerheid in bevoorschotting, wordt het overschot voorzichtigheidshalve op nihil gezet.
4. Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid
Ten opzichte van de verwerking in de kadernota laat de begroting van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid een licht voordeel zien. Met deze wijziging volgen we de begroting zoals door de GR is opgesteld.
Daarnaast wordt in overeenstemming met eerdere besluitvorming van het Algemeen bestuur van Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid een bijdrage gevraagd voor de Risk Factory. Deze bijdrage was nog niet volledig opgenomen in de begroting vanaf 2026.
5. Indexatie
Voor de Kadernota 2026 is een inschatting gemaakt van het financiële effect van de voorgestelde indexatie percentages. Bij de begroting 2026 worden deze percentages toegepast op de exacte budgetten. Hierbij ontstaan verschillen die doorwerken in het begrotingssaldo.
6. Griffie
Het nadeel vanuit de griffie bestaat uit twee onderdelen. Allereerst zijn diverse besluiten van de werkgeverscommissie ten aanzien van de formatie van de griffie verwerkt in de begroting. Ten tweede is een onderdeel van de maatregel zonder impact "gemeenteraad" door een besluit van het Rijk onuitvoerbaar geworden. Dit gedeelte is daarom teruggedraaid.
7. Dienstverlening Drechtsteden
Jarenlang is de tendens dat het aantal huwelijken terugloopt. Doorgaans vinden nu jaarlijks zo'n 25 huwelijken plaats. Een aanpassing van de inkomsten heeft tot op heden in de begroting nog niet plaatsgevonden. Vanwege een aanstaande verbouwing van het Raadhuis is het voor een langere periode niet mogelijk om daar huwelijken te voltrekken. In 2024 is de gemeente een samenwerking aangegaan met het Baggermuseum en het Sliedrecht Museum en inmiddels fungeren beide locaties als trouw locatie. Omwille van representativiteit is besloten om vanaf mei 2025 niet langer huwelijken te voltrekken in de trouwzaal van het Raadhuis. Dit besluit geeft ook gewenste duidelijkheid aan koppels of ze al dan niet in het Raadhuis kunnen trouwen. Voor het voltrekken van een huwelijk in het Baggermuseum en het Sliedrechts Museum wordt aan hen een vergoeding verstrekt. Dit zorgt voor een terugloop aan inkomsten op huwelijken.
Daarnaast worden we geconfronteerd met toenemende kosten rondom verkiezingen.
8. GR Sociaal
In deze begroting verwerken we de begroting van de GR Sociaal op basis van de eerste begrotingswijziging 2026 GR Sociaal. In deze wijziging zijn verdere bezuinigingsmaatregelen ingeboekt. In de kadernota 2026 was voor de jaren 2027 en verder een marge aangehouden vanwege onzekerheid in toenemende kosten WMO als gevolg van de ontwikkeling Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis. Ook in de eerste begrotingswijziging 2026 GR Sociaal is het beeld juist een licht dalende trend mede als gevolg van ingeboekte bezuinigingsmaatregelen.
9. Kapitaallasten
De kapitaallasten die volgen uit het MIP 2025-2029 zijn ingebracht in de begroting. Dit levert verschillen op met kapitaallasten vanuit het MIP 2024-2028. De voordelen ontstaan door vertraging in projecten. Vanuit het project Raadhuis ontstaan voordelen in 2026 en 2027 (€ 98.000), vanuit het sportcomplex Sliedrecht Buiten in 2028 (€ 229.000) en vanuit Parallelweg/ Leeghwaterstraat in 2027 (€ 332.000). Daarnaast is er vanuit diverse kleinere projecten een voordeel in 2026 (€ 150.000).
10. Onderwijsachterstanden beleid
Naar aanleiding van de voorlopige toekenningsbeschikking 2025 voor het onderwijsachterstandenbeleid (OAB) wordt vooralsnog structureel rekening gehouden met de hoogte van deze bijdrage vanuit het Rijk. Zodra er nieuwere informatie beschikbaar komt vanuit het Rijk zal dit verwerkt worden in het eerstvolgende P&C document.
11. Cultuurbeleid
Gemeente Sliedrecht heeft de samenwerkingsovereenkomst met het kunstgebouw voortgezet met betrekking tot deelname aan de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK). Dit vraagt een extra financiële bijdrage.
12. Koers 2030
Conform de nota Reserves en voorzieningen wordt vrije ruimte die ontstaat in de algemene reserve toegevoegd aan de reserve Koers 2030. Het exploitatiesaldo 2026, 2027 en 2028 biedt ruimte om bij elkaar € 4,5 miljoen te storten. Afwegingen over de inzet van dit bedrag kunnen plaatsvinden bij de Kadernota 2027 vanuit het zittende bestuur na de gemeenteraadsverkiezingen 2026.
13. Heffingen kostendekkendheid
De opbrengsten zijn naar beneden bijgesteld omdat afval, reiniging en riolering boven de 100% kostendekkendheid uit zouden komen.
14. Algemene reserve
Door een toename van de risico's (als gevolg van de maatregelen zonder impact) en door inzet van de algemene reserve is de verwachte weerstandsratio per 01-01-2026 gezakt tot onder 1,0. Door deze toevoeging wordt de ratio weer op de minimale hoogte gebracht.
Woonlasten
Terug naar navigatie - Algemeen - WoonlastenJaarlijks worden de woonlasten van de verschillende gemeenten vergeleken in een benchmark. Deze is te vinden de paragraaf lokale heffingen. Op het moment van deze begroting ziet de ontwikkeling voor Sliedrecht voor 2026 er als volgt uit:

De stijging van de woonlasten ten opzichte van het jaar 2025 is is 3,9% . De definitieve vaststelling van de hoogte van de heffingen en belastingen voor 2026 vindt plaats in december 2025.
Leeswijzer
Terug naar navigatie - Algemeen - LeeswijzerProgrammabegroting
De programmabegroting is opgebouwd uit programma’s en paragrafen. De programma’s geven informatie over specifieke beleidsvelden. De paragrafen geven informatie over de gemeente in zijn geheel en geven diverse samenhang door de programma’s heen. Het autorisatieniveau van de gemeenteraad voor de budgetten bevindt zich op de niveaus van de programma’s.
Programma's
Elk programma begint met de visie van het programma, daarna de inleiding, gevolgd door een toelichting op de ambities en ontwikkelingen zoals deze in het collegewerkprogramma 2022-2026 zijn vastgesteld. Daarna wordt inzicht gegeven in de wijze waarop de ambities worden gerealiseerd. Dit is dus de vertaling van de in het collegewerkprogramma opgenomen speerpunten naar de beantwoording van de concrete vraag: "Wat gaan we ervoor doen in 2026?". De ramingen van de baten en lasten zijn per product opgenomen voor zowel 2026 als de meerjarige bedragen. Tot slot worden de bijdragen van de verbonden partijen omschreven en wordt inzicht gegeven in de baten en lasten van het programma.
Indicatoren
Er zijn twee type indicatoren opgenomen. Enerzijds lokale indicatoren in de programma's welke het mogelijk maken te sturen en verantwoording af te leggen over het gevoerde beleid. Anderzijds de verplichte indicatoren (waarstaatjegemeente.nl) welke voortvloeien uit wetgeving om trends te ontdekken en op basis daarvan nader onderzoek te doen of maatregelen te nemen. De verplichte indicatoren zijn opgenomen onder de landelijke indicatoren.
Paragrafen
De paragrafen geven een ‘dwarsdoorsnede’ van de begroting bezien vanuit een bepaald perspectief. Veel van de paragrafen zijn hierdoor een belangrijke aanvulling op de informatie over de (meerjaren)begroting. Vrijwel alle paragrafen zijn wettelijk voorgeschreven vanuit het BBV.
De paragrafen vormen de kaders die de raad voor het college stelt voor het beheer en de uitvoering van het beleid (en de begroting). De raad heeft hiermee instrumenten in handen om:
1. de beleidslijnen van de diverse onderdelen van de financiële functie vast te stellen;
2. de hoofdlijnen van de uitvoering te controleren.
Financiële begroting
De financiële begroting, bevat een aantal cijfermatige tabellen, zoals het overzicht van baten en lasten, het overzicht van incidentele baten en lasten, algemene dekkingsmiddelen, geprognosticeerde balans en de reserves en voorzieningen.
Financiële tabellen
We ronden bedragen standaard af op € 1.000, tenzij anders weergegeven. We noteren een bedrag met een V of een N, waarbij V staat voor ‘per saldo voordeel’ en N staat voor ‘per saldo nadeel’. Een V kan zowel lagere lasten als hogere baten betekenen. Een N kan zowel hogere lasten als lagere baten betekenen.